Sluiten Toegevoegd aan Mijn programma.
Sluiten Verwijderd uit Mijn programma.
Terug Home

NVvP

vrijdag 12 april 2013 8:30 - 10:00u

S49.4 Prevalentie van het gebruik van somatische medicatie door patiënten opgenomen in een ggz-instelling

Abdullah-Koolmees, H., Gardarsdottir, H., Stoker, L.J., Vuyk, J., Egberts, A.C.G., Heerdink, E.R.

Locatie(s): Johannes Ramaer Zaal

Categorie(ën): Epidemiologie; Farmacotherapie; Symposium

ACHTERGROND

Patiënten in een ggz-instelling gebruiken medicatie zowel voor behandeling van psychiatrische aandoeningen als voor behandeling van somatische aandoeningen of somatische bijwerkingen veroorzaakt door psychiatrische medicatie.

 

DOEL

Het bepalen van de prevalentie van het gebruik van somatische medicatie door psychiatrische patiënten opgenomen in een ggz-instelling, en de veranderingen hierin in de jaren 2006-2010.

 

METHODE

Er is een dwarsdoorsnede-studie uitgevoerd bij psychiatrisch patiënten opgenomen in een van de vier locaties van ggz-instelling Altrecht. Medicatiegebruik voor somatische aandoeningen is bepaald op tien prevalentiepunten tussen 2006 en 2010. De prevalenties zijn tevens gestratificeerd voor geslacht, leeftijd, psychiatrische medicatieklasse en het aantal gebruikte psychiatrische medicatieklassen.

 

RESULTATEN

De prevalentie van het gebruik van somatische medicatie nam toe van 67,5% in 2006 tot 76,9% in 2010. De mediaan van het aantal gebruikte somatische middelen was 3 per patiënt tussen 2006 en 2010. Een derde (34,1%) van de patiënten gebruikte in 2006 ≥3 somatische medicaties geïnitieerd voor somatische aandoeningen. Dit nam toe tot 46,3% in 2010. In 2010 was de prevalentie van somatische medicatie het hoogst voor analgetica en antireumatica (34,0%), zuur- en maaggerelateerde medicatie (25,6%) en anticholinergica (24,2%). Het gebruik van somatische medicatie was het hoogst bij: patiënten ≥60 jaar (95,3%), patiënten behandeld met medicatie uit meer dan één psychiatrische medicatieklasse (87,5%) en patiënten behandeld met stemmingsstabilisatoren (90,6%).

 

CONCLUSIE

Patiënten opgenomen bij een ggz-instelling gebruiken veel somatische medicatie. Meer aandacht is nodig voor het gelijktijdig gebruik van psychiatrische en somatische medicatie ter voorkoming van bijwerkingen, geneesmiddel-ziekte of geneesmiddel-interacties. Er is meer onderzoek nodig naar de somatische zorg voor psychiatrische patiënten opgenomen in een ggz-instelling om te bepalen of deze optimaal is.