Sluiten Toegevoegd aan Mijn programma.
Sluiten Verwijderd uit Mijn programma.
Terug Home

NVVP VJC 2014

donderdag 10 april 2014 13:15 - 13:45

P56 Baby in beeld: een vroege interventiemethode voor getraumatiseerde moeders en hun baby

Hein, I.M., Jasperse, A., Boer, J. den

Locatie(s): ExpoFoyer

Categorie(ën):

ACHTERGROND

Stichting Centrum ’45 biedt een kortdurende Infant Mental Health (IMH) groepsbehandeling voor moeders (en hun zuigeling) uit de doelgroep vluchtelingen, asielzoekers en slachtoffers van mensenhandel met PTSS, een andere angststoornis en/of een depressie [2, 3]. Deelnemers hebben een hoog risico op het ontwikkelen van hechtingsproblemen vanwege het onzekere toekomstperspectief, de marginale leefomstandigheden en het voortkomen van baby’s uit verkrachting [1].

 

DOEL

Evalueren van de pilot IMH-groepsbehandeling bij getraumatiseerde vluchtelingen en asielzoekers en hun zuigelingen.

 

METHODEN

Met retrospectief dossieronderzoek zijn de aanwezige risicofactoren, de uitvoerbaarheid en de uitkomst van de behandeling in kaart gebracht.

 

RESULTATEN

In 2011 en 2012 zijn 4 groepsbehandelingen uitgevoerd waaraan 18 moeder-babyparen hebben deelgenomen. De deelnemers waren afkomstig uit landen in Afrika, het Midden-Oosten, de Balkan en Azië. Alle ouders ervoeren cumulatieve stress, slechts 1 ouder had een vaste verblijfsvergunning. 14 baby’s (77 procent) waren ongewenst of geboren uit ongewenst seksueel contact. Van de moeders had 77 procent traumatisch verlies van een familielid meegemaakt en het sociale steunnetwerk was zeer beperkt. Hoewel er slechts van één gezin bekend was dat er geweld werd gebruikt, werd bij 8 gezinnen een vorm van verwaarlozing beschreven.

5 gezinnen hadden na behandeling geen zorg meer nodig, en voor de andere gezinnen kon verwijzing worden gerealiseerd. Behandelaren rapporteerden bij aanvang vaak ambivalentie in de ouder-kind-interacties, en na afloop van behandeling in de meeste gevallen betekenisvolle positieve veranderingen. De deelnemers beoordeelden de behandeling overwegend positief.

 

CONCLUSIE

Ondanks zeer stressvolle actuele leefomstandigheden is gestart met vroegbehandeling van getraumatiseerde ouders en hun zuigelingen om het risico op adverse childhood experiences tegen te gaan. Een eerste evaluatie toont dat de IMH-behandeling goed toepasbaar is bij deze doelgroep en dat de uitkomsten wijzen op een gunstige invloed op de ouder-kind-interactie en motivatie voor vervolgbehandeling.

 

LITERATUURVERWIJZING

  1. Slade, A. (2005). Reflective Parenting Programs: Theory and Development. Psychoanalytic Inquiry.
  2. Stern, D.N. (1995). The Motherhood Constellation. A unified View of Parent-Infant Psychotherapy. New York Basic Books.
  3. Van Grinsven, F., De Weerd,R.,Fasting, C. (2008). Kortdurende groepsbehandeling voor depressieve moeders en hun baby/peuter. Horen, zien en spreken. Reeks Psychoanalytisch Actueel, nr. 9