S63.3 Prodromale bewegingsstoornissen voorspellen psychosen in high-risk individuals
Willems, A.E., Harten, P.N. van, Mentzel, T., Tenback, D.E., Bakker, P.R.
Voorzitter(s): P.M. van Harten
Locatie(s): Pieter Baan
Categorie(ën):
ACHTERGROND
Vroege detectie van prodromale symptomen is van groot belang nu er potentieel effectieve interventies zijn die een zich ontwikkelende psychose kunnen afzwakken, uitstellen of zelfs voorkomen (Van der Gaag e.a., 2013). Het screenen van zogenaamde high risk populations (veelal met een vroegdetectievragenlijst) heeft echter een geringe voorspellende waarde. De conversie naar psychose is in deze groep 10 tot 40 procent. Daarnaast zijn vragenlijsten vaak cultuurafhankelijk.
DOEL
Er is behoefte aan een objectief meetbaar, cultuuronafhankelijk, prodromaal symptoom met een hoge voorspellende waarde voor het ontwikkelen van een psychose.
METHODEN
We hebben een elektronische meetmethode ontwikkeld met inertiële sensoren (XSENS, Enschede) die subtiele vormen van bradykinesie kan meten (Mentzel e.a. submitted).
Ook hebben we literatuuronderzoek gedaan naar studies bij populaties met een verhoogd risico op psychose, die de associatie tussen subtiele bewegingsstoornissen en prodromale psychische verschijnselen beschrijven; en naar studies over de voorspellende waarde van subtiele bewegingsstoornissen voor het ontwikkelen van een psychose.
RESULTATEN
De elektronische meetmethode blijkt bradykinesie objectief en betrouwbaar te kunnen meten (Mentzel e.a. submitted). In voorgaande studies zijn de onderzochte populaties met een verhoogd risico op het ontwikkelen van een psychose: (i) kinderen met een schizotypische persoonlijkheidsstoornis, (ii) adolescenten met prodromale verschijnselen, en (iii) broers en zussen van patiënten met schizofrenie. Uit die studies blijkt een associatie tussen bewegingsstoornissen en prodromale psychische verschijnselen. Tevens hebben subtiele bewegingsstoornissen een voorspellende waarde voor het ontwikkelen van psychotische verschijnselen (Mittal e.a. 2007a, Mittal e.a. 2007b, Koning e.a. 2011).
CONCLUSIE
Er zijn sterke aanwijzingen dat subtiele bewegingsstoornissen de voorspellende waarde van bestaande screeningmethoden bij high-risk individuals kunnen verhogen.
LITERATUURVERWIJZING
Van der Gaag M, Smit F, Bechdolf A, et al. Preventing a first episode of psychosis: Meta-analysis of randomized controlled prevention trials of 12month and longer-term follow-ups. Schizophrenia research 2013;149:56-62.
Mentzel TQ, Mentzel CL, Lieverse R, Daanen HAM, van Harten PN. Optimal tasks for discrimination of drug induced bradykinesia using inertial sensors. Submitted
Mittal VA, Tessner KD, Trottman HD, et al. Movement abnormalities and the progression of prodromal symptomatology in adolescents at risk for psychotic disorders. J Abnorm Psychol 2007a;116:260-7.
Mittal VA, Walker EF. Movement abnormalities predict conversion to Axis I psychosis among prodromal adolescents. J Abnorm Psychol 2007b;116:796-803.
Koning JP, Tenback DE, Kahn RS, Vollema MG, Cahn W, van Harten PN. Movement disorders are associated with schizotypy in unaffected siblings of patients with non-affective psychosis. Psychological medicine 2011;41:2141-7.